Dat humor helpt relativeren en dat – tegen wil en dank – in de lach schieten helpt ontspannen, is een voldongen feit waar niet iedereen mee lijkt te kunnen dealen. Het leven moet, coute que coute, voor deze, vermoedelijk verminderd vrijgevochten zielen per se serieus genomen worden. Iets met controledrang en angst voor het onbekende? Moeite met groeien?
‘Recht is recht en krom is krom! – en moet tot in de eeuwigheid zo blijven.’ De verkapte angst druipt er vanaf en raakt bijna een gevoelige compassiesnaar.
Om, eindeloos herhaalde, bezwerende toverspreuken te kunnen ontmaskeren moet je kennelijk zelf eerst heel veel mooipraterij, manipulatie, misleiding, gestook, laster en list en bedrog met succes hebben doorstaan – was dat niet een wet van Meden en Perzen? Wat verkondigde Confucius in 500 voor Christus ook alweer? O, ja: ‘Iemands gevoel voor humor is een afspiegeling van zijn inzicht in het leven’. – En what doesn’t kill you (tegenwerking, hoon, bedrog) makes you stronger. Je weet toch.